Tekort aan fondsen voor de bouw van het observatorium

[pagina 1]

2e bureau

N° 3815/1232

Bouwing van het observatorium

 

Brussel den 29en july 1828

Bij missive van den 26en dezer maand, K 2s O. 559 heeft u hooged[el] gest[elde] ons gelieven te onderhouden over de werken tot opbouwing van het observatorium alhier namelijk dat het van de grootste noodzakelijkheid geacht wordt dat dit belangrijk gesticht zoodra mogelijk gereed zij tot de ontvangst en plaatsing der instrumenten die weldra zullen aankomen.

Ons na de laatste zinsrede van voorz[eide] missive rigtende zullen wij ons de eer geven u Hooged[el] gest[elde] in bedenking te geven dat toen er kwestie geweest is van hier een observatorium opterigten het besproken werd dat het gouvernement en de stad ieder voor een som van f. 10.000 zouden bijdragen withalve er voor deszelfs opbouwing enkelijk f.20.000 waren bestemd welke nu reeds verteerd zijn zonder dat de werken hebben kunnen voltooid worden.

Geene andere middelen daar toe ter onze beschikking hebbende is daar uit gevolgd dat wij de werken tijdelijk hebben doen staken ten einde de administratie in geene schulden te wikkelen zonder vooraf te weten hoedanig en op welke wijze dezelve zoud zullen kunnen voldaan worden.

De heer Burgemeester Baron DE WELLENS heeft zich gisteren op reis naar ’S Gravenhage begeven en buiten twijfel zal hij onder ander over

 

Aan den heere Staatraad gouverneur van Zuid Braband

 

[pagina 2]

 

bedoelde werken en de daar toe de alsnog benoodigde fondsen tot voltooying van een gebouw van algemeen nut in gesprek te treden en wij verhopen dat zijn wel geboren het in zijn pogingen tot het erlangen eene nieuwe bijdrage van wege het gouvernement zal slagen de toegenegenheid van onzen geliefden koning om al wat tot de uitbreiding der kunsten en wetenschappen bevordelijk kan zijn aantemoedigen in een der voorname rede die ons doet vertrouwen dat de bedoelde werken weldra zullen kunnen worden weder aangevangen en zoodanig voortgezet dat de sterrekundigen zich op hunne werkzaamheden binnen kort ondernemen.

De heer baron DE WELLENS heeft beloft van ons onmiddellijk met de uitslag zijner bedoelde poging bekend te maken en op de eerste gunstige tijding die wij van zijnent wege zullen ontvangen zullen wij de noodige maatregelen tot de spedige voltooying der werken aan den dag leggen.

U Hooged[el] gest[elde] van hun zijde niets zal onbeproefd laten om onze oogmerken te helpen bevorderlijk te zijn.

Bij de terugkomst van den heer Baron DE WELLENS zullen wij de eer hebben u Hooged[el] gest[elde] van nader rapport over deze zaak intedienen.

Burg[emeester] en Schepenen

Date: 
Tuesday, 29 July, 1828 - 00:00
Written by: 
Louis de Wellens, burgemeester van Brussel
Addressed to: 
Hyacinthe van der Fosse, Staatsraadgouverneur van Zuid-Braband
Image: