Extra geld voor de bouw van het Observatorium

[pagina 1]

2e bureau 
Stad Brussel
Observatorium
B 3335/387

Brussel den 30 maart 1829

Ik heb de eer U E[del] A[chtbare] hiernevens te doen toekomen afchrift van een Koninklijk Besluit in dato 9 dezer maand N° 4 betrekkelijk de f. 40000 welke nog benodigd zijn tot voltooying van het in U E[del] A[chtbare] stad opgerigt wordende observatorium.
Van de f. 40.000 zullen alzoo f. 20.000 uit ’s Rijks Kas worden voorgeschoten en zal U E[del] A[chtbare] daar van teruggave doen in vijf jaarlijksche termijnen ieder van f. 4000 betaalbaar in de jaren 1830 à 1834: De overige f. 20.000 zullen gevonden worden op de 2 % der stedelijke inkomsten van U E[del] A[chtbare] stad en wel voor f. 10.000 uit 1829 en voor f. 10.000 uit 1830.
Onderterugzending van de hier bij gaande zekering van kosten voor het gezegde observatorium berigt ik U E[del] A[chtbare] dat voor het verkregen voorschot na verloop van een paar maanden eene ordonnantie van betaling zal worden afgezonden en dat wanneer in 1830 en vervolgens tot de te doen teruggave zal kunnen worden overgegaan de gelden zullen behooren te worden

Aan de stedelijke regering van Brussel

[pagina 2]

gestort bij ’s Rijks Kassier en de kwitantie des wege aan mij opgezonden.
Ik verzoek U E[del] A[chtbare] om daar na de financie aangelegenheden betreffende het observatorium volkomen geregeld zijn te willen bezorgen om de voltooying van dit etablissement zoo spoedig mogelijk te bevorderen.

De Staats Raad Gouverneur
Van der Fosse