[pagina 1]
121/728 /221
’s Gravenhage den 8 february 128
Ten einde het thans te Brussel opgerigt wordende Observatorium zoo veel mogelijk aan deszelfs doel zoude beantwoorden, is het mij noodzakelijk voorgekomen U Edel groot Achtbare oplettend te maken op het belang hetwelk er ingelegen is dat het gebouw zonder vertaenen voltooid worde. Daarbij zal het tevens zeer dienstig zijn dat de architect met de opregting daarna belast in geregelde betrekking gesteld worde met den heer A. QUETELET, thans benoemd tot directeur van het zelve, te doen effecte dat met diens mede overleg in den opbouw worde voort gegaan. Uit dien hoofde heb ik de eer U Ed[ele] uit de noodigen de vereischte maatregelen te willen nemen op
[pagina 2]
dat door de vriendelijke zorg van U Ed[ele] in de beide opzigten aan mijn verzoek in deze zoo snel mogelijk voldaan worde.
De Minsiter van Binnenlandse zalen
S. Van Gobbelschroy